Het zal je niet ontgaan zijn dat de verkiezingsstrijd in de Verenigde Staten is losgebarsten. Nog niet eerder stonden de kandidaten zo fel tegenover elkaar en nog niet eerder waren de kandidaten zo controversieel. Trump omdat hij.. nou ja, Trump is en Clinton omdat zij de eerste vrouwelijke president zou zijn. (Al vinden de Republikeinen dat Clinton om heel andere redenen controversieel is.)
Maar hoe werkt het nu eigenlijk met die verkiezingen? Hieronder een uitleg zodat je de komende twee weken het nieuws goed kan volgen. Of ontzettend de blits kan maken op een feestje, net wat je leuk vindt.
#fourmoreyears
Ieder vier jaar zijn er verkiezingen, waarbij er een nieuwe president wordt gekozen of de huidige president wordt herkozen. Dat laatste kan maar één keer, dus na acht jaar komt er hoe dan ook een nieuwe president.
Weetje voor op een feestje: er is vier keer een president vermoord, vier keer een president overleden en eenmaal een president gedwongen afgetreden tijdens een ambtstermijn. Bonuspunten als je in alle categorieën een naam kan noemen.
DEM vs. GOP
De strijd gaat vrijwel altijd tussen de Democraten (DEM) en de Republikeinen, ook wel de GOP – Grand Old Party genoemd. Overigens is de GOP younger dan de Democraten. Zijn dit dan de enige partijen? Nee, er bestaan ook nog de Groene Partij, de Libertarische Partij en de Onafhankelijken. De Onafhankelijken doen deze verkiezing niet meer, de andere twee partijen krijgen over het algemeen niet meer dan 1 % van de stemmen. Mag je gewoon weer vergeten dus.
In de aanloop naar de eigenlijke verkiezing in november houden partijen primaries en caucuses. Dit zijn voorverkiezingen om de kandidaat voor hun partij te nomineren. Uit deze voorverkiezingen zijn, zoals bekend, Donald Trump en Hillary Clinton naar voren gekomen. De strijd die zij sindsdien voeren is fel. Modder gooien heeft een nieuwe betekenis gekregen. En dat alles om op 8 november meer dan 270 van de 538 kiesmannen te winnen.
Kiesmannen?
Ja, kiesmannen. Electoral votes in mooi Amerikaans. Waar in Nederland een bepaald aantal stemmen staat voor een zetel en de partij met de meeste zetels de premier aandraagt, werkt het in de VS net even anders. In de Verenigde Staten wordt de president namelijk niet rechtstreeks gekozen. Feitelijk wordt op de dag van de verkiezingen niet de president gekozen, maar een college dat hem (of haar: ik ben hoopvol gestemd!) pas enige tijd later gaat kiezen. De verkiezing door de kiesmannen gaat in de meeste staten volgens het principe First past the post. Dat wil zeggen dat degene die in een bepaalde staat de meeste stemmen haalt, de stemmen krijgt van alle kiesmannen van die staat. Een voorbeeld: Californië heeft 55 kiesmannen. Degene die meer dan 28 kiesmannen heeft op basis van de stemmen, krijgt ze alle 55. Dat tikt lekker aan!
Door dit systeem is het mogelijk dat de presidentskandidaat met de meeste stemmen niet altijd de verkiezingen wint. Dat gebeurde bijvoorbeeld tijdens de verkiezingen van 2000 waarin Al Gore meer stemmen behaalde dan George W. Bush maar toch slechts een minderheid in het kiescollege had, en dus de verkiezing verloor. Overigens was er nog wel meer mis met die verkiezingen, maar that’s a story for another time.
Mocht je nog meer willen weten over de ins & outs van de Amerikaanse verkiezingen, dan hoor ik het graag!
PS Voor de titel van en een alineakop in dit blog liet ik mij graag inspireren door de huidige president.